Specifieke vaardigheden

​

De juiste gesprekstechnieken:

Tijdens de opleiding krijg je lessen over gesprekstechnieken die je aan de hand van een assessment op school, of via video, moet kunnen toepassen in de praktijk. Hiermee krijg je een kleine indruk van hoe het er in het werkveld aan toe gaat. Tijdens je stage leer je je kennis in de praktijk te gebruiken. Mijn eerste week stage in het Reinier de Graaf Gasthuis vond ik dan ook erg spannend. Ik liep mee met mijn begeleiders en besefte dat ik nog veel moest leren voordat ik alleen een gesprek kon voeren. Door veel technische kennis op te doen over een specifiek ziektebeeld en bij mijn begeleiders en andere diëtisten in het ziekenhuis mee te kijken hoe zij gesprekken voerde, kreeg ik een beetje een idee hoe ik een consult moest aanpakken. Door de goede begeleiding en het vertrouwen en de feedback die mijn begeleiders mij gaven lukte het mij al snel om een volledig en goed gesprek te voeren. Op de helft van mijn stage kreeg ik dan ook positieve feedback dat mijn basis er lag. Ik moest alleen leren meer structuur aan te brengen. Door veel gesprekken te voeren en structuur met behulp van sleutelvragen aan te brengen heb ik geleerd om als een diëtist in spe mijn werk professioneel uit te voeren.

 

Zelf consulten uitvoeren:

Door consulten eerst onder begeleiding en vervolgens steeds meer zelf te doen heb ik zelfvertrouwen gekregen en kan ik inmiddels zeggen dat ik een consultatie gesprek zelfstandig kan uitvoeren. Dit heb ik aan het eind van mijn stage ook meerdere keren gedaan. Zo heb ik alleen een predialyse poli gedraaid en zelfstandig patiënten bezoeken was niet meer dan logisch.

Aan het begin van mijn stage had ik alleen theoretische kennis over een aantal diëten, maar bijvoorbeeld over de nefrologie, de lab waardes en medicijnen die invloed hebben op het strenge dieet, daar wist ik weinig van. Door veel te lezen en mee te kijken hoe mijn begeleiders zich voorbereidden heb ik veel geleerd. Mijn eerste eigen gesprek vond ik wel spannend maar ging naar mijn idee prima. Later in mijn stage, toen ik al best veel gesprekken alleen had gedaan en hier een structuur in had gevonden, was er een gesprek waarbij een van mijn begeleiders mee keek. Tijdens het gesprek vroeg de partner van mijn patiënt ver door, zoveel kennis had ik echter niet en ik raakte hiervan in de stress. Na mijn gevoel ging alles wat mis kon gaan mis.  Vreemd genoeg heeft dit gesprek mij juist veel gebracht. Mijn begeleider vertelde dat zij het nog steeds wel eens meemaakt dat een gesprek niet loopt zoals ze wil en ook dat een gesprek niet altijd perfect gaat. Ik kreeg best positieve feedback van haar. Dit gaf mij heel veel zelfvertrouwen. Door los te laten dat een gesprek altijd perfect moet zijn kreeg ik meer vrijheid in mijn gesprekken. Door af en toe juist expres een stilte te laten vallen of door met de technieken van motivational interviewing te werken kwam ik vaak beter tot wat ik wilde bereiken. Hierdoor ging een gesprek makkelijker; ik was niet meer zo bezig met wat de patiënt van mijn kennis vond, maar ik was bezig was met het vergaren van informatie over een patiënt en het overbrengen van informatie die ik wilde overbrengen. Ik denk ik dat ik daar het meeste uit heb gehaald.

 

  

Multidisciplinaire overleggen:

Tijdens mijn stage kreeg ik ook te maken met het multidisciplinaire overleg (MDO) . Dit is een vergadering waarbij veel verschillende disciplines in het ziekenhuis hun kennis delen over de toestand van meerdere specifieke patiënten. Daarbij is de inbreng van een diëtist met kennis over de voedingstoestand van een patiënt ook van belang. Mijn eerste inbreng bij een MDO was bij het oncologie overleg. Ik vond het heel spannend om mijn zegje te doen en vragen te beantwoorden in een groep mensen die al lang in het vak zitten en veel kennis hebben. Toch ging dit erg goed. Bij het nefrologie overleg vond ik dit lastiger. Hier waren altijd veel mensen aanwezig en er werd een heldere opsomming verwacht over wat er precies aan de hand was. Uiteindelijk heb ik dit ook zelfstandig gedaan en ging het goed. Je moet snel kunnen schakelen en overzichtelijk informatie geven die artsen van je willen weten, een goede voorbereiding in deze gesprekken is dus heel belangrijk.

 

 

Kennis:

Door mijn werkervaring in het Erasmus en daar van dichtbij mee te maken hoe ziek patiënten zijn en deze patiënten voorzien van specifieke diëten en voeding, heb ik kennis opgebouwd over de praktische kant van voeding en patiënten die ziek zijn. Mede hierdoor ben ik stage in een ziekenhuis gaan lopen. Mijn kennis is gegroeid. Van theoretische kennis die ik bij de opleiding als basis heb gekregen naar de specifieke diëten van een oncologie of nefrologie patiënt. Hoeveel drinkvoeding heeft iemand nodig of hoe veel fosfaatbinders moet iemand nemen. Wat betekenen specifieke lab waardes. Allemaal dingen waar ik voor mijn stage nooit mee bezig ben geweest.  Niet alleen de theoretische kennis maar ook gesprekstechnieken en vooral: hoe ga je met bepaalde patiënten om. Zo heb ik zelf gemerkt dat oncologie patiënten vaak heel erg open stonden voor drinkvoeding als het eten zelf erg tegenstond. Daarentegen waren er mensen op de predialyse poli die juist niet inzagen waarom het goed was om zoutarm te eten. Ik heb door deze periode echt veel kennis van zowel het vak diëtetiek opgedaan als over mijn persoonlijke kennis en vaardigheden.

 

Afstuderen:

Tijdens mijn afstuderen heb ik op de dialyse afdeling metingen uitgevoerd. Ik was welkom zowel bij de verpleging als bij de patiënten. Voor de patiënten was mijn onderzoek een afleiding in hun dagelijkse leven. Het is niet makkelijk om 3x per week 4 uur lang in het ziekenhuis te liggen. Zo merkte ik dat een persoonlijk praatje met een patiënt die daar veel behoefte aan heeft heel waardevol is, en niet alleen voor de patiënt. Mijn empathisch vermogen en mijn sociale vaardigheden werden er absoluut beter van.  Daarnaast is ook de algemene kennis over het doen van onderzoek erg belangrijk; hoe zet je een onderzoek op, hoe werf je mensen die mee willen doen, waar zoek je primaire bronnen en wat wordt er in voorgaande onderzoeken verteld. Ik merk dat mijn hart meer ligt in het werken in de praktijk dan in het onderzoek. Toch vind ik het erg leuk dat ik dit onderzoek heb gedaan en denk ik dat ik, als ik in het ziekenhuis als diëtist werkzaam ben,  zeker bereid ben om mee te doen aan onderzoek.

 

 

Kwaliteiten:

Door mijn stage heen heb ik veel kennis opgebouwd om als diëtist binnen een team aan de slag te kunnen. Zowel in de kliniek aan het bed van de patiënt, als op de poli heb ik zelfstandig consulten gedaan. Door in te zien dat niet altijd alle gesprekken perfect gaan en dat dit ook niet erg is, heb ik mij meer kunnen openstellen naar zowel de patiënt als naar mijn collega’s. Veel van mijn collega’s die nog niet erg lang als diëtist aan de slag waren vroegen ook vaak dingen aan andere diëtisten binnen het team. Je bent nooit te oud om te leren en vragen stellen hoort daarbij. Door de fijne sfeer binnen het team diëtetiek voelde ik mij op mijn gemak, en dat maakte het eenvoudig om vragen te stellen als ik iets niet wist. Ik voelde mij binnen het team gewaardeerd en op mijn plaats. Ik denk dat mijn kwaliteiten dan vooral ook liggen in mijn commutatieve vaardigheden. Ik kon goed samenwerken in een team en ik ben een harde werker die mijn werk met veel plezier doet . Dit heb ik dan ook als feedback mee gekregen. Natuurlijk is mijn kennis van de diëtetiek toegenomen. Ik denk dan ook zeker dat als ik klaar ben met de opleiding een goede kans heb om in het werkveld een baan te vinden

 

Nieuwe inzichten

Tijdens mijn stage kwam Covid 19 en al snel de Lockdown in Nederland. Ik ben mijn begeleiders erg dankbaar dat zij het mogelijk hebben gemaakt dat ik mijn stage kon voortzetten en afronden. Doordat dat ik ineens consulten telefonisch moest voeren heb ik gemerkt hoe handig het is als bij een consult een partner of familie aanwezig is. Vaak kreeg ik van de partner van mijn patiënt veel informatie mee. Ook is het prettig om iemand te zien tijdens een gesprek. Hoe iemand er uit ziet, maar ook iemands lichaamstaal draagt bij aan je inzicht hoe het gaat met een patiënt. Fysieke aanwezigheid geeft dus ook waardevolle informatie. Voor een telefonisch consult heb je andere gesprekstechnieken nodig om alle informatie zo juist mogelijk te verkrijgen. Dat is een bijzondere leerschool geweest. Mijn stage ging vooral over oncologie en nefrologie maar door de corona crisis heb ik geholpen waar kon. Zo kon en mocht ik ineens helpen bij het ouderen blok en op de acute opname waar allerlei verschillende patiënten en ziektebeelden voorbijkomen. De corona crisis heeft mij doen beseffen op hoeveel vlakken diëtetiek aanwezig èn belangrijk is binnen een ziekenhuis.

 

Toekomst

Ik ben erg blij met de ontwikkeling die ik het afgelopen jaar heb doorgemaakt. Door mijn stage en afstuderen in hetzelfde ziekenhuis te doen, denk ik dat ik een goede basis heb gelegd voor mijn verdere carrière. Belangrijker nog; ik heb heel veel plezier gehad in het werk, in de contacten met mijn collega’s, de patiënten en de verpleging. Juist dat plezier in het werk geeft mij het idee dat ik in een ziekenhuis als diëtist op mijn plaats ben.